P. Theo van den Hout

1939-2006

 

Theo van den Hout werd geboren te Voorburg (Nederland) op 20 februari 1939. Na zijn studies aan het Norbertijnengymnasium te Heeswijk en de Latijnse School te Gemert, ging hij filosofie en theologie studeren bij de Sociëteit voor Afrikaanse Missiën (SMA) te Aalbeek-Hulsberg en de Hogeschool voor Theologie en Pastoraal te Heerlen. In 1966 had hij enkele maanden een oriëntatieverblijf bij de Oosterse Kerk in Israel in de Lavra Netofa, een klooster dat gesticht werd door de Nederlandse trappist dom Jacob Willebrands. Van 1968 tot 1972 ging hij opnieuw studeren aan de Sociale Academie Den Elzent te Eindhoven. Later zou hij zich verder bekwamen aan het Theologisch Katechetisch Instituut te Sittard, de Theologische Faculteit Tilburg en tenslotte de Faculteit Slavische Letteren  te Leuven.

In 1968 ging hij als maatschappelijk werker aan de slag te Nuth en daarna bij de Limburgse Immigratie Stichting te Heerlen  (migrantenwerk). Hij was actief in het Bejaardenwerk te Goirle en in 1981 werd hij coördinator en teamleider voor de regio Eindhoven bij de Stichting Buitenlandse Werknemers Oost-Brabant (NL).

In 1984 had hij een oriëntatieverblijf bij de Oekraïense migranten te Rome en later in België, waarna hij verder deeltijds werkzaam bleef voor de Stichting Buitenlandse Werknemers in Eindhoven.

Op 10 september 1988 werd hij door bisschop Philippe Bär van Rotterdam tot priester gewijd ten behoeve van het Grieks-Katholiek Oekraiens Exarchaat van Frankrijk, de Benelux en Zwitserland. Van 1988 tot 1993 was hij verbonden aan de H. Johannes de Doperkerk te Genk en van 1993 tot zijn emeritaat in 2004 was hij verantwoordelijk voor de zielzorg van de Kerk van Sint-Volodymyr en de Bescherming van de Moeder Gods te Brussel en de Oekraiense Kapel te Leuven. Tussendoor was hij een graag geziene celebrant in de Oekraiense kerken van Luik, Namen, Charleroi, Tamines, Wasmes (de Borinage) en de byzantijnse gemeenschappen van de Landelijke Instelling Pokrof te Nederland.

Sinds 1990 luistert het koor Angelskij Sobor (toen nog onder de naam "KIHO-Koor") regelmatig de byzantijnse liturgie op. Hij was een van de vaste celebranten, niet alleen in de Byzantijnse Kapel van de Oude Abdij te Gent-Drongen, maar ook tijdens de koorreizen naar Frankrijk, Italië, Spanje, Oostenrijk en Zwitserland. Hij verleende ook zijn medewerking aan de opname die dit koor maakte van de Goddelijke Liturgie in de Byzantijnse Ritus in Nederlandse vertaling, waarop hij de gebeden van de priester zong.  

In 2004 ging hij op emeritaat en, na een kort verblijf te Maastricht, keerde hij terug naar Leuven waar hij als vrijwillig medewerker actief was in het Centrum voor Oecumenisch Onderzoek aan de Faculteit Godgeleerdheid  van de Katholieke Universiteit in Leuven. Tevens werd hij geestelijk begeleider voor de Oekraiense studenten van het LeoXIII Seminarie. Het waren deze studenten die ongerust werden doordat hij sinds enkele dagen niet meer opgedaagd was, waarop zijn familie verwittigd werd die hem op 20 december 2006 levenloos aantrof in zijn woning in Leuven.

De uitvaartliturgie in de Byzantijnse Ritus heeft plaats gehad op zaterdag 30 december 2006 om 11 uur in de St.-Jan-de-Doperkerk te Leuven, waarna hij begraven is op de begraafplaats van de Abdij van Park te Heverlee. De Oekraiense bisschop Michail Hryshyshyn ging voor in de dienst, samen met bisschop Philippe Bär osb die P. Theo tot priester gewijd had, en een 20-tal priesters en diakens die hem goed gekend hadden.